Feb - Mrt 2019, LaosSoms komen kleine opportuniteiten of antwoorden onderweg. Het resultaat daarvan is dat we nu in een rustig en afgelegen resort zitten dat bulkt van de vergane glorie. Niet alle lampen werken, het douchegordijn is aan vervanging toe, de roostertjes rond het zwembad zijn niet allemaal meer aanwezig en de beschikbaarheid op de menukaart is beperkter dan ze ooit was. Maar kom, de kamer wordt steeds gereinigd, de mensen zijn vriendelijk en we hebben toch maar een zwembad die voor de nodige afkoeling kan zorgen. Want het is hier heet, pokkeheet! Dit alles voor 20€/nacht incl. ontbijt. Eigenlijk mogen we niet klagen... en dat doen we ook niet, ondanks dat de prijs makkelijk het dubbele is van wat we normaal betalen voor een standaard kamertje. Het resort ligt in een klein dorpje aan een mooie brede rivier waar de gehoopte toeristische expansie zich nooit heeft ontplooid. De km-palen zijn hier nog in de krullen van hun eigen alfabet, de eetplekjes zijn hier nog uiterst lokaal en elke mens op de scooter draait zijn hoofd als hier 2 rare westerlingen over straat wandelen. Geen idee of ze kijken omwille van onze wittere teint, of omdat we ons te voet verplaatsen? Want te voet verplaatsen, dat doe je toch niet? … je neemt voor een verplaatsing van 10m toch minstens de scooter? Çoit, we laten het niet aan ons hart komen. We zitten op een prachtige locatie, in een ruime, propere kamer met airco. Ons balkonnetje kijkt uit op de rivier Nam Ngeum en we kunnen er elke avond genieten van een onbeschrijflijk mooie zonsondergang. Redenen genoeg om hier wat langer te blijven hangen en dat gaan we ook doen. Onze poepjes kunnen het gebruiken. Dus we hebben ons visum verlengt en hop … … ik zou zeggen: Iedereen welkom in Ban Keun! (maar breng een lat chocolade mee, want onze voorraad is bijna op :p) Volg hier even onze toeristische rondleiding doorheen Ban Keun: Geef toe... waarom zou je niet komen? Waarom zit je eigenlijk al niet op het vliegtuig!?? Vooraleer Tessa hier zo meteen verder gaat met het pennen, is het beter dat we je eerst wat dingen vertellen over de ‘een beetje verdoezelde’ geschiedenis van Laos. Dat maakt straks wel wat dingen duidelijker. Misschien is niet alles helemaal correct, teveel waarheden zien nooit het daglicht, maar dit is wat wij begrepen uit wat we lazen en hoorden. De pijnlijke geschiedenis van Laos waarover wij het hier willen hebben is behoorlijk gelijklopend en deels ook verweven in de Vietnamoorlog (1955-1975). Laos is altijd een beetje het kneusje en speelbal geweest van de sterkere buurlanden. Tot het laat in de 19e eeuw geannexeerd werd door de Fransen, die intussen in buurlanden Thailand en Vietnam ook al de plak zwaaiden. Na een korte bezetting door de Japanners tijdens WOII keerde het terug onder Frans bewind. Thailand had zich intussen losgemaakt van Frankrijk en ook in Vietnam waren de Fransen macht en bloederige veldslagen aan het verliezen. Dit resulteerde in de onafhankelijkheid van Laos, Cambodja en Noord- en Zuid-Vietnam. In het onafhankelijke koninkrijk Laos ontplooide een verschil in visie. Vooral in het noordoosten van Laos, grenzend aan Noord-Vietnam, groeide een communistische groepering, genaamd de Pathet Lao. Zij kregen al snel, vrijwillig of niet, heel veel volgelingen en eveneens de steun van communistisch getint China (Mao) en Noord-Vietnam (Ho Chi Minh). Dat zinde natuurlijk de Amerikanen niet, die volop aan het strijden waren tegen de communistische groei op onze aardkluit. In 1962 kreeg de CIA de opdracht van toenmalig Amerikaans President JFK om in het geheim iets aan de situatie in Laos te doen. The secret war was born. Intussen ontplofte in 1964 in Vietnam de boel en gingen de Amerikaanse bommenwerpers de lucht in. Omdat veel bevoorradingswegen van de Noord-Vietnamezen naar hun broeders, de Vietcong guerillas, in het zuiden, doorheen het oosten van Laos liepen, ook wel bekend als de Ho Chi Minh Trail, was dat voor de Amerikanen een extra reden om Laos te bombarderen. Niet officieel natuurlijk. Pas rond de eeuwwisseling begonnen de Amerikanen hun militaire activiteiten en bombardementen in Laos toe te geven, maar blijkbaar is er nog steeds geen officiële schuldbekentenis noch een pardon gegeven. Gedurende 9 jaar werd boven Laos meer dan 2 miljoen ton aan bommen geworpen. Dat is gelijk aan een bommenvracht elke 8 minuten, 9 jaar lang, 7 dagen op 7, met een kostenplaatje van 2 miljoen US Dollar per dag. Dat zijn meer bommen dan op Duitsland en Japan samen tijdens WOII. Dat maakt van Laos het zwaarst gebombardeerde land uit de geschiedenis. Reken daar nog eens de nodige hoeveelheden Napalm en Agent Orange (het vermaarde gifgas) bij en je begrijpt dat een arm land als Laos hiervan nog veruit niet hersteld is. Nog dagdagelijks sterven er mensen aan UXO’s (onontplofte voorwerpen) en zijn er teams bezig met het opsporen, ontmantelen of veilig tot ontploffing brengen ervan. Om jullie een idee te geven: van de meer dan 270 miljoen gedropte clusterbommen zijn er naar schatting 80 miljoen niet afgegaan en liggen deze verspreidt of verzonken in de vele jungles en rijstvelden die Laos rijk is. Een werkje dat niet vandaag op morgen gedaan is. Van die 80 miljoen zou nu, 40 jaar later, 1% opgegraven en vernietigd zijn. Maar dat is allemaal geen reden om weg te blijven uit Laos. Je moet natuurlijk niet op de wilde boef de jungle intrekken om er te gaan kamperen, maar alle wegen en toeristische sites zijn geklaard en veilig. Om jullie te overtuigen van de schoonheid van het land en de lach van de Laotiaan geef ik nu pen & papier / klavier aan Tessa … … Eens over de grens Vietnam/Laos stond ons al direct een uitdaging te wachten. We dienden 55 km te overbruggen met onze moto tot in Viang Xai. En dat over heel erg slechte weg en volledig bepakt. We ervaarden putten waarin je gemakkelijk een varken kon onderdompelen, oneffen gravel, erg afgesleten asfalt, werkzaamheden en steile hellingen waarin we schakelden tussen 1ste en 2e versnelling. Werken geblazen! We waren blij dat we zonder lekke band of stukken aan onze motor na dik 3 uur Viang Xai bereikten. Onderweg zagen we direct een enorm verschil met Vietnam. Het moment dat we Laos binnenreden (en dus ook een bergkam over waren) werd het land veel droger, warmer en zagen we geen groene rijstvelden meer, maar dorre grijze terrassen. We zijn in het droge seizoen in Laos aangekomen (nat tussen mei en augustus) en hier oogst men blijkbaar maar 1x per jaar rijst. In Vietnam gebeurd dat 3x per jaar, dus daar is altijd alles groener. Dat komt deels door het klimaat, het regent veel meer in Vietnam, deels door het gebruik van kunstmest en pesticiden en deels door een grotere landbouwkennis . In Laos wordt nog op de traditionele manier geleefd en aan landbouw gedaan. We merken in die arme kleine dorpjes in de bergen ook dat mensen gewoon vaak zitten te babbelen en te wachten op iets? Op niets? We denken dan wel eens met onze westerse visie, komaan toch, doe iets! Vul bv die putten voor uwe neus in de weg, ruim dat afval op en maak nog een perceeltje klaar om groenten te kweken, repareer uw hut of plant nog een fruitboom…dat brengt toch op! Waarom niet? Heel veel vragen stellen we ons daarbij. Wij denken dat dit vooral een gebrek aan scholing en kennis is…want de hitte is iets die minder speelt in de bergen. Er zijn wel scholen in Laos, maar deze zijn van een heel laag niveau blijkbaar. En zoals we deze weken al wel eens meer horen vliegen hebben, worden de mensen ook vaak dom gehouden… Eens aangekomen in Vieng Xai bleven we er 5 dagen plakken. We genoten er van de rust, de prachtige natuur rondom, de fantastische sterrenhemel en van het Indische eten dat we vonden bij de enige Indiër in het dorp! Hoe is die hier in deze uithoek verzeilt geraakt?? Maar hij serveerde lekkere parantha’s, chapati’s, curry’s, lassi’s, pannenkoeken en verse fruitsappen… Na dagen van rijst, noodels en omeletten smaakte dat enorm! Hij was ook een van de enigen waarmee we in een begrijpbaar engels konden communiceren, wat ook weer fijn was. We werden dan ook klant aan huis ;-) Het weer was beter, 26gr tussen 11u en 16.30u maar eens de zon weg was werd het koud (13gr). Dus ’s nachts nog lekker onder de dekens. Een van de mindere kanten aan het stadje was het stof dat overal waait en inkruipt…maar dat zal zo in heel Laos nog blijven. Ook de dorpsradio die om 6u ’s ochtends vanop een heuveltop het nieuws via luidsprekers over het ganse dorp verspreidde vonden we minder prettig. De namiddaguitzending rond 4u stoorde ons dan weer minder. We hadden ook de indruk dat er in de namiddag naast mededelingen, nieuws, reclame, ook telkens een stukje uit een stationsromannetje of luisterverhaal verteld werd, met verschillende stemmetjes voor de verschillende personages en al… Best grappig!
Hier bevond zich ook het infocenter voor het NamEt-PhouLouey Nationaal Park dat zich vlakbij bevond. Na het lezen van heel erg positieve commentaren beslisten we om een Night Safari te boeken. Dat hebben we ons absoluut niet beklaagt, het was een fantastische ervaring die we niet vlug zullen vergeten! We reden met onze moto achter onze vriendelijke gids, Mr. Somli, naar het vertrekpunt in het dorpje Son Koua. Hier kregen we eerst een hoop uitleg over het Nationaal Park, wat er met de opbrengst gebeurt, de eventueel te spotten dieren en de planning van de komende 24u. Vervolgens wandelden we samen door het dorpje gepaard met ook nog heel wat interessante uitleg! De voorbije tijd snorden we vaak langs zo’n dorpjes, stopten we wel eens voor een koffie, maar gingen eigenlijk nooit van de asfalt af. Hier hadden we wel die kans zonder rare blikken en kregen we info over wat we zelf zagen. Nadat we alles in drybags hadden gestopt, vertrokken we met een longtail boot stroomopwaarts op de Nam Et rivier. Deze boot werd bestuurd door Mr. Fep die achteraan de buitenboordmotor bediende en Mr. Ut, die vooraan zat met een stevige lange stok. Dit was nodig omdat het op verschillende plaatsen laag water was. Ze moesten goed uitkijken waar we het beste konden passeren en vaak werd de stok gebruikt om bij te sturen of om met veel kracht de boot vooruit te helpen duwen. Grote stenen ontwijken en watervalletjes opcrossen is een kunst. Dat was allemaal niet zo evident maar onze 2 bootmannen deden dat als ware artiesten! We waren vertrokken met 2 boten en 8 personen. Wij, Leo, een 19-jarige Brit die met zijn fiets naar Australië aan het rijden was, de 4 bootmannen en Mr. Somli, onze gids. Onderweg zagen we dat het vorige regenseizoen erg heftig moet geweest zijn. Er waren enorm veel bomen gesneuveld en meegesleurd langs het wassende water. Het was nog steeds een ware ravage. Ook de balustrade vd brug in Son Koua was lelijk toegetakeld. Maar hoe verder het park invarend, hoe minder de schade werd. Gelukkig! Na 2 uur varen en steeds dieper het woud in, kwamen we aan in ons basiskamp. Onderweg hebben we verschillende vogels gespot: reigers, wilde kippen, bijeneters en een hoop kleine vogeltjes in alle kleuren. Onze lunch werd in het kamp op bananenbladeren geserveerd (dat is nog eens duurzaam) en daarna werd ons onze openluchtkamer toegewezen. Een mooie open bamboe hut met 2 bamboebedden met muskietennetten, 2 bamboestoelen en een bamboe tafel. Alles is prachtig gemaakt uit het overal liggende en snelgroeiende bamboe! Echt duurzaam! Geweldig! Daarna zijn we terug in de boten gestapt. Na een uurtje verder het woud invaren bereikten we onze avondspot. Een prachtige plek diep in de jungle. Zo woest en ongerept. Overal in de modder en het zand zag je pootafdrukken van herten en katachtigen. De bootmannen bereiden ons avondmaal, dekten ons bananenblad en maakten een kampvuur op het strandje. Na het overheerlijke dinner bij kampvuurlicht hebben we ons allemaal even voorgesteld, ook de bootmannen. Dankzij de vertalingen van onze gids konden we heel wat interessante vragen stellen over hun dagdagelijkse leven! Een groot verschil in levenswijze natuurlijk… In Laos leven de grootouders, ouders en kinderen samen in één huis en zorgen ze samen dat er eten en geld binnenkomt. Dat is in België wel wat anders waar iedereen individueel woont. Dat vonden de mannen ook wel een beetje raar. En een niet getrouwd koppel van 38 zonder kinderen leek ook wat vreemd in hun ogen ;-) Grappig was ook hoe ze alle 4 met een vrouw van een andere etnische groep getrouwd waren. De 2 Hmong-mannen waren met een Khmu-vrouw getrouwd en de 2 Khmu-mannen dan weer met een Hmong-vrouw. En elk van hen vond de vrouw van de andere stam beter ;-) Ondertussen was het donker geworden (18u30) en zijn we de rivier zonder motor stroomafwaarts beginnen dobberen met enkel de zaklampen van de voorste bootmannen aan. Ze schijnen in het rond en proberen met het licht van de zaklampen blinkende oogjes te spotten in het donker. Zo hebben we een aantal Sambar herten, Muntjacs en 1 civet kat gezien. Er leven ook tijgers, nevelpanters, otters, apen, grote hagedissen, gordeldieren, uilen, slotberen, zonneberen en veel meer in het park. Maar er ene van die categorie spotten is eerder een zeldzaamheid. Na 2u spotten waren we terug op onze kampplaats waar we in ons bedje kropen. Maar de zovele onbekende geluiden deden ons niet zoveel slapen. Er liep of viel van alles op het dak…muizen? Vleermuizen? Iets anders…toch wel ff brrrrr…. Maar het was een fantastische ervaring! Vooraleer ons ontbijt aan te vatten maakten we nog een ochtendwandeling door het voormalige dorp daar met de overblijfselen van een tempel, een stoepa en een school,… We kregen ook veel uitleg over de geneeskrachtige planten die er groeiden en de geschiedenis van het dorp. Er zijn ook hier veel bommen gevallen, maar gelukkig zijn alle UXO’s hier reeds verwijderd. Na het heerlijke ontbijt tussen het prachtige groen met zijn vele vlinders voeren we terug naar de bewoonde wereld…we hadden gerust nog wat langer willen blijven. Na onze onvergetelijke tocht keerden we terug naar Muang Hiam. Onderweg begon onze jongedame op twee wielen haar eerste mankementen te vertonen. In de afdaling leek zij steeds te ‘versmoren’, met krachtverlies en meermaals stilvallen tot gevolg. Dus wij op bezoek bij de lokale mekanieker. Na het vervangen van de bougiekop, een routine olieverversing, het doorblazen van enkele essentiële filters, een grondige poetsbeurt vd carburator en een zotverklaring over onze plannen, konden we onze reis verderzetten. We draaiden even terug naar het oosten om even later naar het zuiden af te slaan en vervolgens overnachting te zoeken in Nam Neun, een gezellig bedrijvig dorpje aan een rivier met vele moestuintjes en een busstop. Hierdoor waren er een hoop restaurantjes en een overdekte markt. Er was hier in principe niets te zien…maar voor ons was er veel te zien! Het gewone leven in Laos…heel interessant! Wij keken en zij keken… want niet veel buitenlanders maken hier een stop. De vrouw van het hotelleke was meteen in haar nopjes en keurde snel nog eens haar beste kamer. Het dorp kent ook veel problemen met het stijgende water in het regenseizoen, want we zagen naast de rivier verscheidene ingezakte of op het randje balancerende huizen staan. Wat doen de Laotianen hier in hun vrije tijd eigenlijk? Awel, ze spelen graag petanque, tokkelen op hun smartphone (vooral de jeugd) en doen vaak aan karaoke, waarbij ze zich enorm kunnen bezatten en niet altijd de juiste toon houden. Als je dan een paar huizen verder in je bed probeert te kruipen denk je wel eens…moet dat nu echt zoooo luid zodat alle buren MOETEN meegenieten van hun avondje uit de bol gaan? Gelukkig stoppen ze er meestal voor middernacht mee. Ik heb me al vaak beklaagd dat ik geen betere oordoppen bij heb. Ook zijn de kamers van de meeste guesthouses totaal niet geïsoleerd, klinken de meeste huizen heel erg door, zijn Laotianen niet de meest stille mensen en vinden ze het blijkbaar heel normaal om een auto al een kwartier te laten draaien naast je raam vooraleer te vertrekken… Zucht… Ja, we hebben onze kleine ergernisjes soms ;-) Na ons noedelsoep-ontbijt kregen we alweer een fantastische route doorheen de bergen richting Muang Kham, een groter stadje, voorgeschoteld. De weg was goed, met amper verkeer, maar natuurlijk wel weer met het nodige klimmen en dalen. Onze dame van staal en Nicolas moesten vaak hard werken om boven te geraken! …en ik? …vooral veel meeleunen naar voren als we nog maar eens terugschakelden naar eerste versnelling, en intussen het aankomende verkeer in de verte opmerken. Muang Kham ligt op een plateau en het was raar om na de dagenlange strijd met de bergen weer op een vlak stuk te rijden. Wel gemakkelijker en sneller. Ook de warmte kwam er ons tegemoet! Bij het woord noedelsoep-ontbijt denken jullie waarschijnlijk….Oh My God! Tja… in Laos is dat nu éénmaal iets dat je overal en altijd kan krijgen en wat ze zelf ook heel vaak eten, zeker als ontbijt. Ook in Vietnam trouwens. Zo’n noedelsoep bestaat uit een heldere bouillon met natuurlijk noedels, veel look, een soort bieslook en soms wat sojascheuten of wat soepvlees. Je kan die dan zelf pimpen met apart geserveerd limoensap, sla, muntblaadjes of iets uit de vele potjes die altijd op tafel staan. Meestal zit in die potjes pikant spul of sojasaus. Ik vind het lekker en kan dat gemakkelijk s’ morgens eten. Nicolas is er echter niet zo’n grote fan van. Het is ook steeds speuren of er geen paddenstoelen inzitten vooraleer hij er kan aan beginnen, want deze maken hier vaak deel uit van hun dieet. Brood daarentegen kennen ze hier in feite niet, behalve daar waar ‘den toerist’ komt. Daar kan je wel met wat geluk Franse broodjes (koloniale erfenis) vinden. Ook als je steeds dichter bij Vientiane komt duikt er wel eens een kraampje met belegde broodjes op. Dat vinden we natuurlijk wel erg fijn! Voor de rest eten we hier veel sticky rice (wij zijn grote fan!!), gewokte morning glory (soort spinazie) of andere groenten die met meer dan voldoende look en pepers gekruid zijn, omeletten of gegrilde vis. Alles kan je altijd krijgen met kip, varken of rundsvlees, maar meestal is de ene zaak gespecialiseerd in het ene en een andere in het andere. Vaak zie je ze ook vleesspiesjes grillen boven een klein houtskoolvuurtje. De kip-keuze hebben we reeds verbannen want deze hakken ze met been in al in stukjes. Het beperkte vlees is vaak het gepruts en gepeuzel niet waard. Wij proberen het sowieso over het algemeen op veggie te houden. Omdat de Laotianen hier allemaal voornamelijk buiten leven en ze meestal open huizen met een interessante keuze van meubilair hebben, is het voor ons ook niet altijd duidelijk of je een restaurantje binnenstapt of iemands zijn living :-). Dat levert soms grappige situaties op als we dan om eten vragen. Misschien moeten we hierover eens een fotokwisje maken. Restaurant of living? Wat je ook vaak ziet zijn gevulde bananenbladeren. Daar kan van alles inzitten: rijst, vlees, slaatje, een bereid gerechtje... Een soort van fastfood, maar erg duurzaam verpakt. Natuurlijk, ware het niet dat ze dan jou pakje nog eens in een plastic zakje steken. Alles wordt trouwens in plastic zakjes gestoken, zelfs het kleinste prul…we hebben zo al een hele boel zakken verzameld en hergebruiken die nu steeds. Dan kijken ze wel vreemd op als we geen zakje wensen maar het in een al gebruikte versie steken… Ook hebben we nog steeds bijna geen waterflessen gekocht. De meeste guesthouses hier hebben van die grote gekoelde waterbidons waar we onze drinkflessen altijd aan kunnen vullen, en meestal nog eens gratis ook. Dus ons zuiveringssysteem heeft ook al even geen dienst meer gedaan. Dat bespaart tijd.
Sinds onze ‘reparatie’ in Muang Hiam hadden we elke dag wat problemen met het automatisch starten van onze motor, maar we geraakten telkens weg. Ze maken iets, maar iets anders geraakt daardoor uit zijn balans… De weg naar de provinciehoofdstad Phonsavan was mooi en weer helemaal anders dan de voorbije dagen. We cruisden nu eens doorheen een vallei in plaats van het slingerwerk bovenop de bergkammen. Het werd ook steeds moderner, meer welvaart, grotere dorpen met betere huizen en ze gebruikten meer geëvolueerde landbouwtechnieken. Men heeft er natuurlijk ook veel meer plaats dan op die smalle berghellingen om aan landbouw te doen. In heel Laos zien we telkens weer hopen stinkertjes/afrikaantjes staan. Ze planten ze zelfs. Zijn ze geweldig fan van deze bloemen of gebruiken ze dat ergens anders voor? Phonsavan is echt een grote en drukke stad met veel verkeer, hotels, winkels en restaurants. Daarom zijn we wat verder gereden om in de buitenwijken een rustiger guesthouse te vinden. We hadden gelezen dat er een ECHTE Italiaan in het centrum zat…daar konden we niet aan weerstaan! Niet gezond voor ons budget, maar amai, die pizza en pasta smaakten! Ook zijn we even op de plaatselijke kledingmarkt gaan rondneuzen…om iets heel luchtigs voor op de moto te vinden. Grappig al die verbaasde blikken! Vervolgens deden we nog wat inkopen op de lokale etensmarkt.
In deze stad vind je ook het UXO informatie centrum van de Britse organisatie MAG (Mines Advisory Group). Zij helpen sinds 1994 om Laos UXO vrij te maken. Een werk van lange adem! We kwamen er heel wat meer te weten over de situatie en hun werkwijze aan de hand van infoborden en een film. Ook kregen we getuigenissen van overlevenden van ontplofte bommen en de hulp van de MAG om weer een menswaardig bestaan op te bouwen ondanks het missen van een arm/been of ander fysiek letsel… Heel stil en in gedachten verzonken kwamen we buiten…en dit gebeurd allemaal nog gewoon rondom ons hier…zucht… en wat doen de Amerikanen hier eigenlijk aan? Met deze inzichten rijker laden we onze bagage weer op de motor en vertrokken voor een rit naar Phou Khoun (1.400m hoogte). En wat een rit! We kregen gigantische uitzichten voorgeschoteld over eindeloos glooiende bergen! Maar het was weer werken geblazen voor ons stalen ross-in. En door een stomme onoplettendheid viel onze motor een keertje om bij een rustpauze…gevolg… de hendel van de voorrem was afgebroken aan het stuur…en deze keer brachten duct tape of colsonbandjes geen soulaas. Maar geen nood, in Phou Khoun werd dit goed herstelt. De handige harry loste ook ons startprobleem op en als je dan toch bij een garage staat kan een plotse lekke band, onze enige tot zover, ook geen kwaad. Hierdoor konden we de volgende dag veilig onze afdaling naar Luang Prabang (300m hoogte) aanvatten. We dachten dat dit de beste weg zou zijn (tussen de 2 grootste steden van Laos). Maar de ‘snelweg’ van Vientiane naar Luang Prabang was in verschrikkelijke staat. Het was ook helemaal geen snelweg. Het was een kronkelweg door de bergen met heel veel putten, scheuren, afgeschraapte weg, zand, stof en kippen die pas op het laatste moment kiezen of ze links of rechts gaan en dan toch de andere kant kiezen, gevolgd door hun even verwarde kroost. Wij en onze motor zagen af. Het stof veroorzaakt door de verschillende overbeladen vrachtwagens maakten dat onze mondmaskers nog goed van pas kwamen. Onderweg waren we ook getuige van de werkzaamheden van de Chinezen die een spoorlijn tussen Luang Prabang en Vientiane aan het aanleggen zijn. En door het op en af gerij van al hun benodigdheden was de weg waarover wij aan het bollen waren natuurlijk totaal vernield. Door al dit gehobbel en gesjokkel begon ons bagagerek wel te scheuren. Het is niet de eerste keer dat we met de bagageruimte van ons vervoermiddel sukkelen, remember Charlotte, maar gelukkig bleef alles op zijn plaats tot we in Luang Prabang waren. Met elke 100m dat we zakten werd het een graad warmer. Dat betekende dat toen we in Luang Prabang aankwamen we niet alleen zwart zagen van het stof, maar ook dat we in een sauna belanden. Pfff…was dat even wennen! Meer dan 30 graden hadden we nog niet gehad. En ja, ik weet het…in Vietnam riepen we om warmte, maar dit is er dan weer over. :-) In Luang Prabang hebben we niet veel gedaan behalve het stof uit onze kleren gewassen, lekker gegeten langs de Mekong, een bezoekje aan de toeristen markt en een tempel, heerlijk verfrissende versgeperste tropische fruitsappen gedronken, een verdere planning gemaakt en ons bagagerek laten lassen. We besloten om nog naar Nong Khiaw te rijden, een idyllisch dorpje zo’n 140 km ten noorden van Luang Prabang. Het ligt aan de Nam Ou, een rivier die tussen de karst gebergten heen kronkelt. De locatie was er prachtig, maar de rit erheen was heel wat minder. We zijn die dag 3x bij een garage moeten stoppen. Het begon onschuldig met het oppompen van onze banden. Maar omwille van opnieuw een hobbel-bobbel-weg en een slechte lasbeurt begon ons bagagerek wederom te scheuren. We besloten om onze bagage anders te verdelen en ergens te stoppen om een versteviging te laten lassen. Deze las was wel ok, maar nadat onze remmen wat ‘beter’ afgesteld waren, maakten we wat verderop 2 heel abrupte blokkages van het achterwiel mee. Gelukkig had Nicolas de vaardigheid om ons in evenwicht te houden, maar het was echt wel even schrikken. Dan maar een andere garage om ons remprobleem op te lossen. Bij probleemoplosser nr.3 werden we vriendelijk door de hele familie onthaald, werd geconstateerd dat onze remmen behoorlijk versleten waren en werd alles weer picobello in orde gebracht. De laatste 50 km zaten we weer wat geruster op de moto en genoten we van het prachtige landschap. In Nong Khiaw gooiden we onze noordelijke plannen om en besloten om de volgende dagen in etappes richting de hoofdstad Vientiane te rijden. Dus terug de hele ontwijk-de-puttekes-rit zuidwaarts naar Luang Prabang en de stevige beklimming naar Phou Khoun, waar we deze keer een ander eenvoudig kamertje vonden, inclusief een fantastisch uitzicht over de bergen en een wonderbaarlijke zonsondergang. De dag erop volgde richting Vang Vieng zowaar een nog mooier bergenlandschap. Vang Vieng is de bekende toeristische adventure hotspot in Laos. Ons viel het ontzettend tegen. De laatste 30km van onze rit waren mogelijks de ergste die we al hadden gehad. We zagen bruin, en niet van de zon, waren vermoeid, oververhit, hongerig en dorstig… kortweg: TEUT! En dan krijg je nog eens al die drukte, verkeer, lawaai en plakkende hitte op je kop. Net iets teveel van het goeie. Ook de teleurstelling in de ogen van Nicolas was triest. 7 jaar geleden was hier weliswaar ook al een beruchte partyscene, maar deze kon je gemakkelijke vermijden en genieten van het rustig en vriendelijke dorpje aan de rivier tussen de bergen. Zoals op meer plaatsen in Laos was ook hier op korte tijd alles zoooo veranderd. We besloten om ons even te verwennen na deze vermoeiende en prikkelende dag door te overnachten in een resortje met een zwembad een beetje buiten de drukte. Dat hadden we wel verdiend. Gelukkig zitten de meeste toeristen, alsook de Chinezen, geconcentreerd in een paar hotspots in Laos. Daarbuiten is het lekker rustig en komen we vaak alleen maar wat avonturiers zoals wij op de motor of in een gehuurd voertuig tegen. Het land is absoluut nog niet verpest op dat vlak. Gelukkig maar! Hier is nog heel veel authenticiteit. En daar genieten we van! We hebben ook wel indruk dat sommige Laotianen zich frustreren in de inmenging van China hier. China legt hier dammen en een nieuwe spoorlijn aan maar rijdt hierdoor de wegen kapot en ruïneert het landschap. Er komen hier ook veel Chinese toeristen die bijna nooit iets avontuurlijks/sportiefs doen en enkel maar in hun groep achter de Chinese reisleider aanlopen en weinig samenwerken met lokale organisaties. Ze brengen ook vaak hun eigen eten mee of eten op hun kamer noedels. Zo zagen we een groep Chinezen die een geit slachten op de binnenkoer van onze guesthouse en zo hun eigen eten klaarmaken. Terwijl het restaurant 20 treden naar beneden lag. We zagen dat ook de Chinese vakantieganger reeds de mobilhome ontdekt heeft. Hierdoor verdient de lokale gids/trekkingburo/restaurant/bevolking hier vaak heel weinig tot niets aan hen. De schrik zit er ook in dat door het opkomende massatoerisme van hun noorderbuur de westerse toeristen steeds vaker zullen wegblijven. De ergernis zit ook niet alleen in Laos, die merkten we ook al bij de Vietnamezen. Na een verkwikkend ontbijt aan het zwembad verlaten we Vang Vieng en reden naar het zuiden…van onze frisheid was al snel geen sprake meer…slechte weg en echt zoveeeeel stof. Voor ons vervelend maar nog pakken erger voor al die mensen die langs deze weg hun huis hebben staan. Dat is echt dweilen/opvegen met de kraan open. Gelukkig hadden we in Vang Vieng een tip gekregen van een alternatieve weg naar Vientiane langs een toeristische plaats voor de Laotiaan zelf nl. Thalat aan de rivier de Nam Ngum en een door de noorderburen gecreëerd groot stuwmeer. Dat was een echte verademing als we op een bepaald moment de hoofdbaan verlieten en weer in het stofloze groen reden. Het douchewater zag bruin van onszelf en van onze kleding…toch even alles wassen. Het is zo warm dat alles in een wip droog is. De volgende dag reden we nog even langs de Nam Ngum en hier zagen we een uithangbord van een resort aan het water. Wij, uit curiositeit, toch even vragen wat de prijs hier was voor een overnachting. Dat viel redelijk mee en we waren meteen weg van de locatie. We dachten even na, overlegden, dongen wat af van de prijs en beslisten toen om hier de volgende week te blijven en diezelfde dag nog een borderrun te doen zodat we weer een visum van 30 dagen hadden in Laos. Een deel van onze bagage bleef al daar en licht gepakt reden we over uitstekende asfalt met een occasioneel krakkemikkeg bruggetje naar de grens met Thailand (Nong Khai), 70km verderop. Hoe een onverwacht iets toch ineens duidelijkheid brengt en een beslissing uitlokt.
We hadden en hebben het nodig om even tot rust te komen en alles eens op een rijtje te zetten. Het reizen zelf kan heel vermoeiend zijn. Je krijgt zoveel indrukken en prikkels elke dag, dat je af en toe eens echt moet halt houden om dit alles te verwerken en weer tot rust te komen. Want daar krijg je geen tijd voor als je elke dag verder reist, dingen bezoekt en dan nog meer te zien krijgt. Ook het plannen, de hitte, elke dag zoeken van een slaapplaats, de concentratie op de moto met hier en daar de nodige problemen of frustraties (alles loopt niet altijd van een leien dakje), een verkoudheid, wat darmproblemen…geven je absoluut geen rust en al zeker niet de tijd om even na te denken over wat komen moet. Daarom even vakantie tijdens het reizen. Klinkt misschien vreemd, maar het is echt nodig als je lange tijd onderweg bent. Een les die we tijdens onze vorige lange reis geleerd hebben… En hier zitten we dan, al ruim een week schrijvend, foto’s sorterend en van de rust genietend in ons afgelegen resort met zijne vergane glorie. Nog steeds werken niet alle lampen, het versleten douchegordijn hangt er nog steeds, de afwezige roostertjes deren ons niet bij het zwemmen en ook in de andere eetplekjes is veruit niet alles beschikbaar wat er op de menukaart staat. Af toe komt er een reiziger, of expat die Vientiane even ontvlucht, opduiken en intussen is onze kamer opgewaardeerd met een waterkoker. Heerlijk fruit halen we in grotere hoeveelheden op de markt en maken er ons middagmaal van. De temperaturen sluipen richting de 40 en de zwoele avonden sluiten we af op ons terras met een filmpje op de laptop. O ja, en de chocolade IS op! Geniet nog even van onderstaande fotoreeks en wij genieten ondertussen nog van het prachtige Laos. En wat onze volgende plannen zijn hoor je binnenkort wel…want we weten het zelf nog niet helemaal… ;-) Sabaidee ... Oude Reacties:Inge 13/3/2019 10:21:59Wow, weer een fantastisch verhaal en ongelooflijke belevenissen.
Je wordt zo meegezogen in het verhaal alsof je erbij bent, maar zeker de zin krijgt om te vertrekken en het zelf allemaal te ervaren. Het gaat jullie goed, geniet van jullie rust en van de verdere reis. Ik kan echt niet wachten om het vervolg te lezen. Inge x Antwoord Tessa en Nicolas 15/3/2019 12:31:01 Hoi Inge, dankjewel! Kom ons dan maar snel achterna zoals de vorige keer in Lombok ;-) dan kan je het zelf mee beleven :-) Veel liefs en dikke knuffels ook voor Anna xxx Marije 26/4/2019 22:19:48OOOO wat een geweldige gedetailleerde verhalen en prachtige natuurfoto's die me helemaal meevoeren. Geniet van alles wat jullie daar beleven, en dankjewel om dit met ons te delen... xxx Antwoord Tessa 3/5/2019 10:24:22 Graag gedaan Marije! Fijn dat jullie ervan genieten! Veel liefs van ons xxx Filip Brone 13/3/2019 11:53:54Dag Tessa en Nicolas, hoe heerlijk is het om dit te lezen en de mooie foto's te bekijken! :-) Bedenkingen die ik me de hele tijd maak tijdens het lezen, zijn: hoe zou het voelen om te leven met dit (of zonder?) "tijdsgevoel"? Hoe zou het voelen om een zee van tijd te hebben, zonder deadlines, zonder afspraken, zonder op tijd uit bed te moeten voor je werk, kortom zonder al te veel "te moeten"? Hoe zou het zijn om te leven als avonturier? Zonder het comfort en luxe dat ik gewend ben, zonder al te veel zekerheden, maar gewoon leven van dag tot dag, gewoon "zijn en beleven"? Hoe zou het voelen om te durven ontvluchten aan dit westerse gejaagde leven waarin we onszelf door allerlei verplichtingen als het ware gevangen zetten in onze gouden kooien? Hoe zou het voelen om je zo vrij te voelen? Hoe zou het voelen om zoals jullie doen: "durven te leven"? Ik weet niet of ik het zou kunnen, maar als je het kan lijkt me dit overheerlijk! :-) Veel plezier verder met jullie avontuur! Ik kijk al uit naar de volgende blog ;-) groetjes, Filip Antwoord Tessa en Nicolas 15/3/2019 12:52:30Hoi Filip, bedankt voor je bericht! Ook even om bij stil te staan... Voor ons voelt het goed om zo te leven...heel goed! Maar je moet dit natuurlijk niet te hard romantiseren want ook wij hebben onze zorgen, stressmomentjes en moeilijkheden... Maar niet de druk die jullie voelen en dat is echt een bevrijding! We doen idd wat we willen binnen het mogelijke, maar der zijn natuurlijk wel keerzijdes aan de medaille...we hebben ook centen nodig om zo te leven, minder dan in België, veel minder, maar toch...en de zekerheid geef je ook voor een stukje op...ook je comfort, het zien van familie en vrienden, het comfort van een thuis op mindere/ziekere dagen, de strijd met de onlogica op sommige plaatsen, discriminatie als Westerling (je betaald voor alles meer, andere regels, je wordt veralgemeent als RIJKE westerling, de centen worden uit uw zakken gekeken), we zijn ook erg op elkaar aangewezen (een avondje apart met vrienden/vriendinnen zit er niet in), soms eentonigheid van voedsel en het missen van het vertrouwde eten (een donkere boterham met kaas bijvoorbeeld ;-)), ook de medische back up is hier een stuk minder (kwaaltjes moeten we zelf oplossen, maar gelukkig hebben we thuis een vriendin die arts is en waar we van alles aan kunnen vragen bij problemen). Maar voor ons weegt dit niet op tegen de vrijheid en het ontdekken van de wereld en het ontplooien van onszelf, het wegvallen van de druk en het leven met een minimum aan materiaal in je rugzak... We kunnen immers altijd wel weer terug :-) En als je het echt zou willen weten moet je het eens proberen... ;-) Veel liefs Tessa en Nicolas Ludo Linden 13/3/2019 20:47:32 Hey Tessa en Nicolas, Het is avond, de regen valt met momenten behoorlijk uit de lucht en op de koop toe is het ook nog eens koud buiten. Het ideale moment om me op te warmen aan jullie mooie verhaal en foto's. Het doet me wegdromen en verlangen om ook weer eens op pad te gaan. Naar welke chocolade en kaas gaat jullie voorkeur uit :-) Geniet van het leven als reiziger. Knuffels en liefs, Ludo Antwoord Tessa en Nicolas 15/3/2019 12:57:03 Hoi Ludo, bedankt voor je bericht! Wij denken hier vaak aan jou en hoe je hier door de bergen in de hitte hebt gefietst! Chapeau jong! En dan kan ik aannemen dat je daar terug naar verlangt want het is hier idd prachtig, maar dat weet je :-) Voor de rest houdt Nicolas van melkchocolade en ik van ne goeie belegen kaas! :-) Ga je het opsturen? ;-) mmmmmm Veel liefs en groetjes T&N Brenda 17/3/2019 21:14:14 Zalige blog! Bedankt om ons te laten meegenieten en lachen! Mooie foto's, boeiende verhalen ... Bedankt! Houd jullie goed en geniet van het vervolg van jullie reis! Liefs, Marc en Brenda Xxx Veerle 27/3/2019 10:32:54 Fijn om mee te mogen avonturieren zonder het stof, de hitte, de pech onderweg maar ook zonder dat lekker fruit, mooie vlinders, uitzichten, andere culturen en frangipane! Hier blijft het precies winter met een noorderwindje en zelden een straaltje zon. "Gelukkig" is verschil tssn restaurant en living hier wel duidelijk 😁. Hopelijk hebben jullie kunnen genieten van jullie resortje en zijn de battereien terug opgeladen. Geniet nog vh avontuur en keep on posting! Groetjes, Veerle
0 Reacties
|